Over de Stichting

Vesting Naarden. © Prov. Utrecht-Henk Bol

Oprichting Stichting Menno van Coehoorn

In 1926 wordt een werkgroep gevormd die zich inzet voor het behoud van de vestingen Naarden en Willemstad die met sloop worden bedreigd. De stichting die in 1932 door deze werkgroep wordt opgericht, noemt zich naar Neerlands grootste vestingbouwer: Menno van Coehoorn.
Sindsdien ijvert Stichting Menno van Coehoorn voor het behoud van voormalige Nederlandse verdedigingswerken. De stichting wordt gesteund door circa 850 leden en donateurs, waarvan zo’n honderd vrijwilligers actief bijdragen aan het uitdragen van de doelstellingen.

Doelstellingen

Het doel van de stichting is het bevorderen van het behoud en de herkenbaarheid van al dan niet buiten de oorspronkelijke functie gestelde militair-historische verdedigingswerken en andere voor verdedigingsdoeleinden gemaakte of gebruikte werken, inclusief daarbij behorende infrastructuur, gebouwde en ongebouwde objecten en hun context (o.a. stellingen, linies, terreinen en bouwwerken) in Nederland of daarbuiten, in het laatste geval mits met een Nederlands verleden.
(artikel 2 van de statuten)

Met deze doelstellingen wil de stichting een bijdrage leveren aan het behoud van het militair-cultureel erfgoed en aan de kennisontwikkeling hieromtrent.

De Stichting

  • zet zich in voor wettelijke bescherming van de nog aanwezige verdedigingswerken,
  • draagt bij aan het vergroten van het maatschappelijk en politiek draagvlak,
  • geeft voorlichting over de militair-historische en culturele waarde van verdedigingswerken,
  • onderhoudt relaties op (inter)nationaal, provinciaal, gemeentelijk en lokaal niveau met overheidsinstanties en particuliere organisaties,
  • adviseert gevraagd en ongevraagd bij plannen en activiteiten die mogelijk invloed hebben op het voortbestaan van verdedigingswerken,
  • verricht onderzoek en legt de resultaten vast in studies, onderzoeksrapporten en publicaties,
  • draagt bij aan onderzoek, studies en publicaties op vestingbouwkundig gebied,
  • ondersteunt het oprichten van regionale of lokale beheerstichtingen.

Acties voor het behoud van waardevolle onderdelen van onze militaire bouwhistorie zijn nooit solo inspanningen, maar vergen samenwerking met gelijkgezinde organisaties. In de loop der jaren heeft de Stichting Menno van Coehoorn, dikwijls met steeds andere partners, een groot aantal bouwwerken voor het nageslacht weten te behouden. Doorgaans gebeurde dit door voor deze objecten de monumentenstatus te verwerven.
Geslaagde voorbeelden van dit soort acties zijn het behoud van het Fort bij Rijnauwen bij Bunnik en de plaatsing op de monumentenlijst van betonkazematten uit het Interbellum. Bij dit laatste gaat het onder meer om de nog resterende brugkazematten bij rivierovergangen en een reeks kleinere werken aan de Maas bij Cuyck. De stichting heeft bovendien een belangrijke bijdrage geleverd aan plaatsing van de Stelling van Amsterdam op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO in 1996. Ook aandacht voor het beter beschermen van de Nieuwe Hollandse Waterlinie heeft tot een positief resultaat geleid.

Wie was Menno van Coehoorn?

Menno van Coehoorn (1641-1704)

Menno van Coehoorn (1641-1704) is een van de meest veelzijdige militairen uit de Nederlandse geschiedenis.Hij heeft als infanterist en troepencommandant zijn sporen verdiend, maar is bovenal bekend geworden als vestingbouwkundige. Op basis van zijn praktijkervaringen ontwikkelde hij een nieuw bouwconcept. Deels onder zijn leiding werd dit Nieuw-Nederlandse Stelsel vanaf het eind van de zeventiende eeuw op grote schaal toegepast. Bovendien bouwde hij dankzij verschillende succesvolle belegeringen een grote reputatie op. Zijn belangrijkste wapenfeit is de verovering van Namen in 1695. Uit waardering hiervoor werd hij tot luitenant-generaal bevorderd en kreeg hij de titel van baron.

Coehoorn is ook de uitvinder van een kleine mortier, die vanaf 1702 gebruikt werd. Een grote verbetering was dat deze door twee man te dragen was. Door de inzet van dit geschut werd bij de bestorming van een vesting de vuurkracht aanzienlijk verhoogd. De Coehoornmortier is tot in de twintigste eeuw bij het leger in gebruik gebleven.